Kinderboekenambassadeur Rian Visser: “Ik praat met Bahar, een Turkse lerares basisonderwijs, die vier jaar geleden met haar man en dochtertje om politieke redenen naar Nederland kwam. We zijn collega-vrijwilligers bij een kinderopvang voor jonge kinderen met een beperking. Ons gesprek gaat over kinderboeken, onderwijs en culturele verschillen.”
Turkse kinderboeken
In de woonkamer ligt een mooie collectie Turkse kinderboeken klaar, waaronder kartonboekjes, prentenboeken, informatieve boeken en leesboeken. Veel zijn van Turkse schrijvers en illustratoren, maar er zitten ook vertalingen tussen, zoals Het Ministerie van Oplossingen van Sanne Rooseboom.
Bahar vertelt enthousiast over de verhalen en de leerzame aspecten in de boeken, en ze wijst me op de prachtige illustraties. Heel bijzonder zijn ook de prentenboeken met foto’s van stenen erin. We zouden de hele ochtend wel kunnen besteden aan het bekijken van de boeken.
Geen Turkse ‘AVI-boekjes’
Ik heb een paar avi-boekjes van mijn eigen serie Zar meegenomen (geschreven op AVI start, M3, E3, M4 en E4), omdat ik benieuwd ben of Turkse kinderboeken ook zo’n systeem hebben.
Rian: ‘Als kinderen leren lezen beginnen ze met AVI start. Elk woordje mag maar één lettergreep hebben. Het woord moet geschreven worden zoals je het uitspreekt. Klankzuiver noemen ze dat. Je mag bijvoorbeeld wel geen schrijven, maar niet beer, want beer schrijf je met een dubbele ee, maar je zegt iets wat lijkt op een i. Je mag ook geen tweetekenklanken gebruiken, zoals ie, oe, ui. De ij mag wel.’
Bahar: ‘Wat moeilijk om daarvoor te schrijven.’
Rian: ‘Ja, gelukkig heb je hulp aan de tekeningen. Bij hogere AVI-niveaus mag je hoofdletters gebruiken en woorden met meer lettergrepen. Allerlei leesmoeilijkheden zoals sch, ch, kn, ng en aai worden stap voor stap geïntroduceerd. In andere landen doen ze, geloof ik, niet zo moeilijk over leren lezen. In Frankrijk moeten kinderen gewoon meteen c‘est très bien lezen.’
Bahar pakt er een paar Turkse boekjes voor beginnende lezers bij. ‘In Turkije zitten we, denk ik, tussen Nederlands en Frans in. Wij gaan er van uit dat kinderen de woorden en letters al snel zelf kunnen verbinden, dus het aantal lettergrepen is voor beginnende lezers geen probleem. Onze grammatica is vrij regelmatig. Alles wordt uitgesproken zoals je het schrijft. Voor de oe schrijven we een u, dus dat is geen tweetekenklank. In het Turks hebben we nauwelijks woorden met twee klinkers bij elkaar. Bij leenwoorden uit het Frans of Arabisch komt dat wel voor.’
Taboes in kinderboeken
Bahar heeft veel informatieve boeken in haar collectie, bijvoorbeeld over landen, culturen, natuur, dieren, emoties en religie.
Bahar: ‘De laatste jaren verschijnen er veel meer Turkse kinderboeken dan vroeger en over meer verschillende onderwerpen. Kijk, een boek over hoe kinderen geboren worden.’
Rian: ‘Ik zie een papa en mama die verliefd zijn. Mag er ook over seks gesproken worden?’
Bahar: ‘Dat is afhankelijk van de leeftijd. Dat is nog niet voor kleine kinderen.’
Bladerend door de verhalende boeken valt me op dat het vaak lijkt te gaan over goed gedrag.
Rian: ‘Ik zie een verhaal over een pootje van een poes dat verbonden moet worden. En over een vader die met een kindje een vlieger maakt. Dat is wel een beetje braaf. Zijn er ook verhalen over kinderen die brutaal zijn of iets stiekems doen? In Nederland waren kinderenboeken vroeger ook vooral opvoedkundig, maar met Annie M.G. Schmidt kwam er een omslag en mochten kinderen stout en eigenwijs zijn.’
Bahar: ‘Ik heb een prentenboek over een vader die niks in huis wil doen. Een ondeugende papa.’
Rian: ‘Maar hij leert vast dat hij zijn vrouw moet helpen?’
Bahar lacht. ‘Ja, dat wel.’
Rian: ‘Zijn er ook boeken over magie, heksen, zombies en toveren? Boeken met dergelijke onderwerpen mogen op sommigen scholen In Nederland niet gelezen worden.’
Bahar: ‘De meeste kinderen vinden het leuk om over magie en toveren te lezen. Mijn dochter ook. Ik zie geen probleem, maar dat is mijn mening. Ik lees ook graag de fabels van Jean de la Fontaine en ook klassieke sprookjes. Maar ik wil niet altijd lezen over heksen of slechte dingen en sommige boeken bevatten illustraties die kinderen bang maken. Het kan wel, maar evenwicht in het leven is heel belangrijk. En dit is natuurlijk de keuze die ik voor mijn dochter gemaakt heb.’
Rian: ‘Dat snap ik. Je hebt ongelooflijk veel mooie boeken. Ik ben, in de boeken die ik schrijf, ook voorzichtig met vloeken, pesten en oordelen over uiterlijk.’
Bahar: ‘Wat is het moeilijk om een kinderboek te schrijven. Er zijn zoveel dingen om rekening meer te houden; met het niveau, maar ook met alle meningen in de maatschappij.’
Bibliotheek, aanbod buitenlandse boeken
We praten verder over het aanbod. Bahar leest Nederlandse kinderboeken om haar taal te verbeteren. Als ik vraag of ze zelf ook in het Turks leest, haalt ze een paar Turkse romans uit de kast.
‘Ja, ik ben lid van een leesclub. Die Turkse boeken moeten we bestellen. Dat is duur met verzendkosten, maar in de bibliotheek zijn geen Turkse boeken. Ik begrijp dat niet, want er wonen hier bijna een miljoen Turken.’
Rian: ‘Dat is inderdaad raar. In de openbare bibliotheek waar ik altijd kom, hebben ze wel een kast met Oekraïense kinderboeken. In bibliotheek Overvecht hebben ze sinds 2022 een collectie Turkse kinderboeken, die door de Turkse gemeenschap zelf gekocht zijn en aan de bibliotheek gedoneerd. Voor volwassenen weet ik het niet.
Bahar vertelt dat ze ook vrijwilligerswerk doet in een cultureel educatief centrum en dat ze daar een collectie van ongeveer 150 Turkse kinderboeken hebben opgebouwd.
Nederlanders willen graag helpen. Maar thuis afspreken is niet altijd goed.
Ik wil van Bahar graag horen wat ze vindt van vrijwilligers die bij gezinnen thuis komen voorlezen. Ze heeft daarvan zelf geen gebruik gemaakt voor haar dochter. Haar dochter leerde goed op school en zij en haar man spreken inmiddels ook goed Nederlands.
Rian: ‘Jullie zijn hoogopgeleid en konden het zelf goed redden. Voor andere gezinnen kan het heel waardevol zijn, maar soms ook wat ongemakkelijk. Ik ging laatst met een vrijwilliger van de VoorleesExpress mee naar een Eritrees gezin. De moeder sprak geen Nederlands, was in de kamer, maar kwam er niet bij zitten. Ze liep een beetje te poetsen. Misschien schaamde ze zich? Het is ook best raar als een vreemde jouw kind voorleest. Heb jij misschien een tip hoe die vrijwilliger de moeder erbij kan betrekken?’
Bahar: ‘Als er een bieb in de buurt is, kunnen ze beter daar afspreken. Dat is veiliger. De moeder kan bang zijn dat haar interieur niet zo mooi is, of ze heeft geen thee of koffie in huis. Mijn taalcoach komt als voorleesmoeder bij een Syrische familie. De vader zegt niets tegen haar en dat voelt heel ongemakkelijk.’
Rian: ‘Misschien denkt hij dat hij niet naar haar mag kijken omdat zij een vrouw is.’
Bahar: ‘Dat kan. Je weet niet altijd wat mensen denken en daar kom je ook niet altijd achter. Nederlanders zijn heel open. Ze willen graag helpen. Maar in het begin, voor de eerste afspraak, is bij iemand thuis afspreken is niet zo handig.’
Rian: ‘In de bibliotheek kan die moeder ook niet gaan poetsen. Dan moet ze wel meedoen. Ik vind het een goede tip.’
Weer lesgeven
Tot slot vraag ik Bahar of ze in Nederland weer wil gaan lesgeven.
Bahar: ‘Mijn baan, mijn werk, mijn beroep … dat is echt een soort moedertaalwerk. Het kapitaal van mijn werk is taal. Ik ben heel tevreden met mijn Nederlandse niveau, maar ik weet heel goed dat het nog niet genoeg is. Wij hebben hier voor buitenlanders ook gelukkig meer opties. Mijn man (docent hoger onderwijs) heeft zijn certificaat gekregen van het traject Wereldburgers voor de klas. Ik wil graag een soortgelijk traject volgen. In elk geval wil ik met kinderen werken.’